Homburg bouwt inmiddels al vijftig jaar drainagereinigers. Ze worden over de hele wereld verkocht om gebruikers in staat te stellen hun drainagebuizen en -putten voorafgaand aan natte periodes te reinigen. We bekijken de Delta drainagereiniger eens nader.
De maanden oktober tot en met maart zijn in West-Europa bij uitstek geschikt om drainagebuizen te reinigen of eigenlijk te spoelen. Dat gebeurt sinds jaar en dag met drainagereinigers. Van de handvol fabrikanten die deze wereldwijd ontwikkelt en produceert, zitten er twee in Stiens (Friesland). Dit stadje kun je dus met recht drainagereinigerhoofdstad van de wereld noemen. Homburg Holland is één van die twee.
Sinds 1970
De oprichter van Homburg, Frits Homburg, startte in 1956 met een machinehandel. Iets dat het bedrijf nog altijd doet als importeur van verschillende merken. Toen in Nederland de ruilverkaveling op gang kwam en verschillende meren ingepolderd werden, werden er veel nieuwe drainagebuizen aangelegd. Buizen die vervuilen en bij gebrek aan onderhoud dicht kunnen slibben en dus gespoeld moeten worden. Om dit beter en sneller te kunnen doen, ontwikkelde Frits een slangaandrijving voor drainagereinigers bestaande uit een rubberen wiel en een hydraulisch drukwiel. Deze oplossing wist hij ook te patenteren. In 1970 startte hij vervolgens met de productie van Homburg draincleaners.
Homburg produceert momenteel drie typen drainagereinigers: Junior, Delta en Hurricane. De Junior is een echte basismachine voor bedrijven met een beperkt budget en voldoende beschikbare arbeid. De bediening gaat vooral handmatig en dit model heeft beperkte hydraulische functies. Vooral bedoeld voor verre exportmarkten.
De Delta is goed voor 70 tot 75 procent van de verkopen. Enkel wanneer een slanglengte van meer dan 500 meter nodig is en jaarlijks drainagebuizen van vele duizenden hectares gespoeld moeten worden, is een Hurricane beter geschikt. De belangrijkste afzetlanden zijn Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en Denemarken.
Recente doorontwikkelingen
De techniek van de drainreinigers is al geruime tijd nagenoeg uitgerijpt. Volgens Lasse Doornbos, productspecialist bij Homburg Holland, is verbetering van het bedieningsgemak nu het belangrijkste speerpunt. “Elektrohydraulisch bedieningsgemak is iets dat steeds meer gebruikers waarderen.” Homburg ontwikkelde hiervoor naast een afstandsbediening de zogenoemde Homburg Dynamic Drive (HDD). Hiermee stel je onder meer de buislengte en hydraulische druk in. Bij een te hoge hydraulische druk (hetgeen wijst op een mogelijke verstopping), grijpt de bijbehorende tractiecontrole in als de aandrijfwielen hun grip verliezen op de polyethyleen slang. En via de obstakelbeveiliging kun je instellen dat de slang bij een obstakel automatisch een bepaalde afstand wordt teruggetrokken en weer wordt ingevoerd en dat dat proces zich zo vaak herhaalt als je wilt.
Indien nodig schakelt het systeem ook automatisch de waterdruk uit om beschadigingen aan slang, drainagebuis en grond rondom de buis te voorkomen. 1 op de 3 gebruikers kiest momenteel voor de HDD-bediening (meerprijs € 2.720).
Op het juiste moment
Alle Homburg draincleaners beschikken over dezelfde vijfcilinder zuigermembraanpomp die maximaal 115 l/min levert bij maximaal 50 bar. “De benodigde capaciteit is 75 l/min bij 35 bar druk en dus kun je de trekker over het algemeen met stationair toerental laten draaien”, zegt Doornbos, “Bovendien moet het vuil de tijd hebben om uit de drainagebuizen te kunnen spoelen. Als je te snel en te veel wilt, hoopt het vuil zich achter de spuitkop op en loop je het risico dat de spuitkop in een vacuüm terecht komt en vastloopt.”
Drainage spoelen doe je bij voorkeur bij een hoge grondwaterstand. Dat verschilt natuurlijk per land en regio, maar normaal gezien is de periode van oktober tot en met maart bij ons hiervoor het meest geschikt. Het vuil in de buizen is dan al week en eenvoudiger uit te spoelen. Dat vuil vormt een barrière voor de afvoer van grondwater omdat gemiddeld tweederde van het af te voeren volume water van onderaf de buizen infiltreert. Aanwezig vuil bestaat uit zand, roest (in ijzerhoudende grond), plantenresten en wortels en soms ook gewoon uit grond dat het uiteinde van een buis blokkeert.
Ondanks alle huidige elektronica en bedieningsgemak is de meest gemaakte fout om de arm of rollenbocht die de slang begeleidt, te ver van de drainagebuis te plaatsen. Als de slang dan weerstand ondervindt, kan deze gaan knikken tussen de arm en de drainagebuis. Zo’n knik levert een blijvende vernauwing op en vaak is vervanging van dat slangdeel dan noodzakelijk. Hiervoor zijn speciale koppelbussen leverbaar.
Kan (bijna) overal
In Nederland en België zijn vooral percelen langs de kust voorzien van drainagebuizen. Maar feitelijk kan overal waar sprake is van waterafvoer en/of -overlast gedraineerd worden. Dus ook op geïrrigeerde percelen en in heuvelachtige regio’s. “Hemel- en grondwater vindt altijd de weg van de minste weerstand. In heuvels zijn dat de dalen. De enige voorwaarde voor drainage en drainage reinigen is dat het water afgevoerd kan worden en dat die afvoer toegankelijk is voor de slang en spuitkop van onze drainagereiniger. Al dan niet via een puttenset. Bij visgraatpatronen en peilgestuurde drainage is dat soms lastig of gewoonweg niet mogelijk.”
Hoewel er talloze spuitkoppen leverbaar zijn voldoet de standaard spuitkop met 1 gat vooruit en 12 gaatjes achteruit in 80 procent van de situaties. Hoe meer gaten zo’n kop naar achteren heeft, hoe lager de waterdruk is en hoe groter de flow. Als er echt veel zand in de drainagebuizen ligt, dan is de Torpedo spuitkop een uitkomst.
Volgens Doornbos onderscheiden de Homburg draincleaners zich door het gebruik van kwalitatief goede onderdelen en door gebruiksvriendelijke details. “Zo zijn de aandrijfwielen gemaakt van een zachtere rubbercompound met meer grip op de slang. En de rollenbochten hebben rollen aan de boven- en onderzijde waardoor je ze niet continue hoeft te spoelen met water.”
Dit betreft een artikel uit onze Akkerbouwkrant. De Akkerbouwkrant gratis thuis op de mat?
Tekst: René Koerhuis en Jan Ebinger
Beeld: René Koerhuis, Jan Ebinger en Loonbedrijf Nannes