Uit voorlopige aardappelareaal cijfers blijkt dat er dit voorjaar negen procent minder aardappelen zijn aangeplant in Vlaanderen. Dat is een opvallende daling na het historische record van vorig jaar. Ook in de rest van Noordwest-Europa lijkt het areaal af te nemen. Volgens ramingen zou het gaan om een daling van drie tot zelfs vijf procent. De North Western European Potato Growers Group (NEPG) spreekt van een historisch event, na twee decennia van stijgende cijfers.
Oproep tot minder productie
De aardappelsector kende de afgelopen jaren een enorme expansie: zowel in productie als in verwerking zijn de records aan elkaar geregen. De coronapandemie trof de sector evenwel zeer hard. Verwerkte aardappelproducten vinden immers een grote afzet in de horeca en tijdens events en die vielen volledig weg tijdens de crisis. Nog steeds zitten verwerkers met grote voorraden. Daarom werd er door verschillende partijen opgeroepen om de productie te beperken. “Sinds de zomer adviseren wij om het areaal te beperken en we zijn blij dat dit effect heeft gehad”, stelt NEPG.
In alle vier de Noordwest-Europese landen, die samen de grootste aardappelproductieregio van Europa vormen, loopt het aardappelareaal volgens de eerste ramingen terug. Zo stelt NEPG dat het in België zou gaan om een daling van 4,1 procent, net als in Frankrijk. In Nederland en Duitsland gaat het respectievelijk om een afname van het areaal van 4,9 en 5 procent. Toch is NEPG voorzichtig en spreekt het in een persbericht over een daling van drie tot vijf procent.
Aardappelareaal in Vlaanderen loopt forser terug
Deze cijfers zijn gebaseerd op ramingen. In Vlaanderen zijn intussen de areaalcijfers bekend. Hoewel het voorlopige cijfers zijn, heeft het verleden geleerd dat die nog slechts heel miniem kunnen wijzigen. Vandaar mag aangenomen worden dat de daling van het aardappelareaal in de buurt van negen procent zal liggen, waarmee het totale Vlaamse aardappelareaal zal uitkomen op zo’n 50.600 hectare.
“Opvallend is dat het areaal vroege aardappelen zelfs met 30 procent is verminderd. Dit is door de verwerkende industrie aangestuurd, want vroege aardappelen worden vooral op contract geteeld”, legt Guy Depraetere, aardappelspecialist van landbouworganisatie ABS, uit in zijn wekelijks aardappelpraatje. De daling van de late variëteiten is beperkter en zou schommelen rond vier procent.
De vraag die vandaag nog onbeantwoord is, is wat er in Wallonië staat te gebeuren. “De Waalse cijfers zijn nog niet bekend, maar als ze in de lijn van de ons omringende landen liggen, zouden we in België wel eens voor een historische areaalvermindering kunnen staan”, meent Depraetere. “Daar staat tegenover dat de verwerkende bedrijven nog steeds uitbreiden, al is het duidelijk dat de gevolgen van de coronapandemie nog even kunnen nazinderen.”
Koude weer vertraagt groei
Volgens NEPG ging het planten vlot en in goede omstandigheden. Maar het aanhoudend koude weer van dit voorjaar zorgt voor een vertraagde groei. “In de vroege productieregio’s in Duitsland werd zelfs irrigatie toegepast om de aardappelplantjes te beschermen tegen de vrieskou. We verwachten dat de vroege aardappelen een achterstand van minstens twee weken hebben opgelopen. Bovendien is het op vele plaatsen dit voorjaar ook heel droog geweest en dat kan ook zijn impact hebben”, meent de organisatie van de Noordwest-Europese aardappeltelers.
De huidige aardappelmarkt is goed, is te horen. “De verwerkende industrie verwacht dat de vraag naar aardappelproducten zal aantrekken, zowel in Europa als elders in de wereld. Doordat de groei van de vroege aardappelen achterop is, zullen ze ook pas later geoogst worden”, klinkt het. “En dus moet de verwerkende industrie verder met de oude oogst, die omwille van de koude omstandigheden relatief goed bewaard is gebleven.” In vergelijking met voorgaande jaren zijn er bovendien minder voorraden vrije aardappelen en dat kan goed nieuws betekenen voor de prijzen op de vrije markt.
Goede prijzen?
Ook voor het komende aardappelseizoen verwacht Guy Depraetere goede prijzen. “Enkel een goede tot zeer goede opbrengst zou nog kunnen leiden tot een marktoverschot”, stelt hij. “Als we terug een droge zomer gaan krijgen, steven we af op een jaar met weinig overschot én goede prijzen. Het belooft dus een spannend jaar te worden.”
Bron: Vilt