Steeds meer mensen vanuit de stad komen wonen op het platteland. Nieuwe bewoners klagen soms over de overlast van bedrijven, hoewel de agrariërs aan de vergunningen voldoen. Het Louis Bolk Instituut ging opzoek naar een oplossing door in gesprek te gaan met meerdere partijen.
Mensen vanuit de stad moeten soms wennen aan hun nieuwe woonomgeving op het platteland. Geuren, geluiden en voertuigen van agrarische bedrijven zijn vaak nieuw voor deze bewoners. Er wordt dan geklaagd onder de noemer ‘overlast’. Maar is dit wel echt zo?
Het Louis Bolk Instituut ging in samenwerking met GGD Hart voor Brabant het gesprek aan met omwonenden, bedrijven en de gemeente. De omwonenden konden de beleving van deze hinder scoren, in plaats van dat alleen maar werd gekeken naar waarden zoals geureenheden, decibels of fijnstof in de omgeving. Gedurende enkele weken konden ze dagelijks hun mening geven over geur, geluid, ongedierte en verkeer. Vervolgens maakte de webapplicatie tabellen en grafieken van deze data.
Stad en agrariër in gesprek
Na iedere meetperiode kwamen de betrokkenen samen. In een open dialoog werd de data besproken. De beleving blijkt een groot verschil te zijn tussen verschillende partijen. Hier ligt een gat die het Louis Bolk Instituut hoopt te kunnen overbruggen met deze bijeenkomsten.
Dit onderzoek is uitgevoerd in gebieden met intensieve veehouderijsystemen. Ook kan het worden toegepast bij het plaatsen van windmolens, of de keuze van woonlocaties van arbeidsmigranten.
Tekst: Kim Sjoers
Bron: Louis Bolk Instituut