Bij de aanpak met laag milieu-impact is de plant centraal gesteld in plaats van de plaag of ziekte. Agrifirm focust hierbij in de basis op de natuurlijke weerstand van de plant. Er is ook volop geïnvesteerd in meer kennis over insecten. We willen weten welke omstandigheden zorgen voor groei van populaties insecten, bijvoorbeeld bonenspintmijt, zodat we preventief acties in kunnen zetten, met de laagste impact op het milieu.
Zoektocht naar teeltoplossingen
De zoektocht naar alternatieve mogelijkheden speelt zich af op diverse vlakken. Met de inzet van middelen met laag milieu impact worden natuurlijke afweermechanismes en de weerstand van planten gestimuleerd. Door basisstoffen in te zetten, zoals bijvoorbeeld extracten van schaaldieren, worden schimmels en bacteriën bestreden op dezelfde manier als een vaccinatie mens en dier ondersteunt in de natuurlijke afweer.
Minimaal milieu-impact
Agrifirm steekt veel energie in onderzoek, samen met leveranciers en telers, om zo ziekten en plagen te voorkomen en waar nodig te bestrijden. Met als doel een minimale milieu-impact. Vakmanschap en kennis van de bodem, teelt, gewassen, ziekten en plagen zijn belangrijker dan ooit. In dit artikel geven we een voorbeeld van ontwikkeling in de aardappelteelt. We werken hierbij aan teeltoplossingen met laag milieu-impact. Dat is slim denken en slim doen.
Oplossing met natuurlijke vijanden
In het Oosten van Nederland is de druk van bonenspintmijt op het aardappelgewas, met name tijdens de bloeiperiode, groot. Hier kunnen rasgevoeligheid en het landklimaat een rol in spelen. De exacte factoren zijn echter nog niet duidelijk, wel is duidelijk dat hitte- en droogtestress in de plant een rol spelen. Voor de bestrijding van bonenspintmijt zijn geen middelen beschikbaar en ook hier is Agrifirm op zoek naar bestrijding van de plaag met laag milieu-impact oplossingen.
Opbrengstderving
De schade van de mijt kan leiden tot wel 50% opbrengstdervingen zo duizenden euro’s per hectare bedragen. In vier weken tijd kan al het blad opgevreten zijn. Een effectieve bestrijding is lonend. In samenwerking met Koppert is gekozen voor de inzet van roofmijten. Rond de langste dag zijn om de vijf meter zakjes met eitjes en roofmijten (in meerdere stadia en voorzien van voedsel) opgehangen aan de randen van het gewas. Zo stimuleer je de beste opbouw van de roofmijtenpopulatie. Wanneer nodig kunnen op een later moment nog zakjes bijgeplaatst worden.
Roofmijten aan de houten randen
Houtige randen rond percelen zijn vaak een bron van bonenspintmijt invasies. Daarom worden de roofmijten bij voorkeur aan die randen in de luwte geplaatst. Ook de roofmijten werken namelijk van buiten naar binnen. Als er al insecticiden ingezet moeten worden, zoals bij de bestrijding van coloradokevers, dient dit zeer selectief te gebeuren om natuurlijke vijanden te ontzien.
Waar ontstond de schade?
In 2020 is een eerste pilot met de roofmijten uitgevoerd. De jaren 2018 en 2019 lieten wel eerder een warme periode zien dus de omstandigheden voor de bonenspintmijt waren afgelopen jaar wat minder gunstig. “Er is geen schade gemeten bij de behandelde randen. Wel zagen we schade optreden vanaf het punt dat we gestopt waren met het ophangen van zakjes roofmijten.” aldus Fokko Prins die als teeltspecialist de pilot begeleidde.
Bron: Agrifirm